zondag 4 januari 2009

Lunch

13.00u.

"... Zullen we gaan lunchen?"

"Verdomme Jan, zit me niet zo op te jagen! Je ziet toch dat ik bezig ben. Serieus, als iedereen me op deze manier blijft lastigvallen, hoe krijg ik dit project dan in vredesnaam ooit af?"

Variaties op dit thema zijn een dagelijks terugkerend ritueel tussen Christophe en mij. Zijn mate van boosheid varieert en de precieze inhoud van zijn uitval ook, maar het sentiment blijft hetzelfde.

Uiteindelijk gaat hij wel altijd mee lunchen. Hij gaat in de rij staan bij de magnetron, en ik, Nederlander, ga alvast aan een tafel zitten om mijn tartines uit te pakken. De eerste keer dat ik dat deed wisten de mensen niet wat ze zagen: hij eet bróód? en drinkt mélk? bij de lúnch!? Maar nu zijn ze er wel aan gewend.

Dit is een kleine gemeente dus iedereen die in het gemeentehuis werkt past gemakkelijk aan een tafel: Torcée, wethouder Beilte, wethouder Edgar de Conneré, Chloé en soms Lucien, soms Khalid, Christophe, ik. Dat was het wel zo'n beetje.

Christophe zit altijd te lezen aan tafel. En dan niet met het boek opengeslagen op tafel; nee, met het boek in zijn hand pal voor zijn gezicht. Je kunt altijd precies zien welk boek hij aan het lezen is, en op een goede dag kun je de achterflap lezen ook.

In het begin heb ik een keer iets van gezegd: "Ik weet niet hoe het bij jou thuis vroeger zat, maar ik mocht nooit lezen aan tafel van mijn moeder. Behalve als zij het zelf ook deed."

Dat had ik beter niet kunnen zeggen.

2 opmerkingen:

Unknown zei

Heel herkenbaar als Hollander in het buitenland (dat brood dan).

Anoniem zei

Dat boek ook hoor.